Ik lees momenteel het boek van Jill Bolte Taylor ‘My stroke of insight’. Zij is een neurochirurg die op haar 39ste een beroerte krijgt. En dat verandert hoe ze naar het leven, naar mensen en vooral ook naar haar professie kijkt. Haar zeggen; ‘er zijn 2 soorten mensen. Mensen die energie komen brengen zodra ze in de kamer komen, en mensen die energie komen halen. Tijdens mijn herstel had ik vooral mensen nodig die energie komen brengen maar helaas was het ziekenhuis een omgeving waarin mensen vooral kwamen halen. Al die regels, al die procedures. Ik had het veel meer nodig dat iemand naast me zat, mijn hand vasthield en hoop uitstraalde’. Ze besluit; ‘we mogen ons bewust zijn dat we verantwoordelijk zijn voor de keuze ten aanzien van de energie die we meebrengen zodra we in contact zijn met anderen’.

Jill Bolte Taylor moest eerst zelf een beroerte krijgen om zich te realiseren dat in contact zijn met de ander, heilzaam werkt. Ze schrijft inspirerend. En gezegend zijn zij die haar heden ten dagen als neurochirurg aan het bed krijgen. Zij zal haar focus hebben op de verbinding met haar clienten.

ALS OUDER IN DE JEUGDZORG DOORLOOP JE EEN PALET VAN EMOTIES. DE NIEUWSGIERIGHEID EN OPRECHT GEINTERESSEERDE HULPVERLENING KAN DAARIN ‘BIJ BENADERING’ MEEVOELEN.

Al lezende brengt het boek mij bij mijn eigen ervaringen en hoe deze mij beïnvloeden als professional. Is het dankzij of ondanks dat ik een ouder werd in de Jeugdzorg. Geen idee. Wat ik wel weet, is dat het mijn zicht en focus volledig heeft veranderd. De kwetsbaarheid van ouders met een kind die hulp nodig heeft, kunnen we ons als professional voorstellen. Deze écht voelen, is van een andere orde; de mengeling van zoveel emoties. De twijfel, onzekerheid, verbijstering ook. Het is een palet waarin je een nieuwsgierige en oprecht meevoelende hulpverlener kunt meenemen. Maar slechts bij benadering.

Net zoals Jill Bolte beschrijft in haar boek, is tijd een belangrijke factor voordat je de ander kunt meenemen in het proces. Mijn ervaringen als ouder hadden tijd nodig om doorvoelt te worden en zachter te worden. Maar inmiddels heb ik vele hulpverleners ‘ bij benadering’ meegenomen in de kwetsbaarheid en emoties van ouders die zeggen; ‘wij kunnen het niet alleen. Help ons’. Ik neem ze mee in de behoefte van ouders om hun schaamte, verdriet en machteloosheid te mogen uiten. Zonder een beter weten ervoor terug te krijgen. Ik neem ze mee in het verdriet te constateren dat de beste stuurlui aan wal (veelal familie), wel oordelend zijn maar vaak geen idee hebben wat er werkelijk speelt. En hoe alleen dat voelt. Dat ouders de hulpverlening nodig hebben – niet in ze te vertellen wat wel en niet nodig is – maar simpelweg om steun te ervaren.

En dan al die formulieren, lijsten, de vele malen dat je als ouder ergens een handtekening onder zet. Het staat in schril contrast met de mate waarin hulpverleners écht oprecht aandacht en tijd nemen om te vragen hoe het met jou als ouder gaat. Achteraf kan ik me niet eens herinneren dat deze vraag ons ooit gesteld is.

Ik kan volledig meevoelen met Jill Boyle Taylor. Voor veel ouders die om hulp vragen is het zorgsysteem energieslurpend. Zelden brengt het energie. En dat ligt niet

in de eerste plaats aan de individuele hulpverlener. Want een groot deel van hen is betrokken en wil het goede doen. Maar de context waarbinnen dit mogelijk is, is aan banden gelegd door regels, procedures, kaders en wat meer zij. Er lijkt zo weinig ruimte voor oprechte, eerlijke aandacht. Aandacht kost geld. En ook voor de hulpverleners zelf is dit een frustrerend gegeven.

Ik wens de ouders binnen de jeugdzorg hulpverleners toe die naast hen staan, met hun meelopen, vragen of en hoe zij het volhouden én ja, een hulpverlener die hen valideert. Die de ouders laat weten dat zij doen wat ze kunnen. Ik wens de hulpverlening toe dat zij mensen opleiden en vasthouden die zich bewust zijn van de verantwoordelijkheid die ze hebben als het gaat om wat ze aan energie meebrengen. Want kennis en kunde is één maar de inbreng van goede energie is wat mij betreft, alles. En wat mijzelf betreft? Mijn energie bestaat uit het verwerken van de slechte ervaringen om het goede eruit te halen. En het is mijn verantwoordelijkheid als ouder én professional om de lessen die de ervaringen mij laten zien, door te geven en te delen. Met ouders en professionals. Zelfs al ben ik de druppel in die immense oceaan.