Zelfvertrouwen opbouwen

Zelfvertrouwen opbouwen

Ken jij ook het gevoel dat je je in de steek gelaten voelt? Verraden? Teleurgesteld? of dat mensen op enigerlei manier jouw vertrouwen hebben beschaamd? Bijvoorbeeld door te liegen, een kwetsende opmerking te maken of een dubbele agenda te hebben. Ik wel. Talloze keren heb ik ervaren dat als het erop aankomt, ik niet voor de volle 100 procent op mensen in het algemeen kan vertrouwen. Dat klinkt misschien pessimistisch maar zo voel ik het niet. Het heeft ertoe geleid dat ik waardevolle lessen eigen heb gemaakt. En dat deze lessen mij elke dag opnieuw ondersteunen in het maken van keuzes die mijn zelfvertrouwen recht doen. En vanuit dit zelfvertrouwen heb ik de commitment naar mezelf om betrouwbaar te zijn. Én daarmee vertrouwen te geven.

De paradox van alle ervaringen met niet vertrouwen, is dat ik leerde mijn hart open te houden. Ook als het betekende dat hier onachtzaam mee omgegaan werd. Ik wilde kunnen rekenen op mezelf. Ooit schreef ik dit stuk hierover:

Toen ik de moed had gevonden alles van mezelf onder ogen te komen zonder ook maar iets te ontkennen, te vermijden of te vertekenen, kwam ik erachter dat er niets mis is met mij. Dat ik me had laten verblinden door oordelen en onwetendheid van buitenaf maar bovenal door mijn eigen angsten hierover. Doordat alle aandacht gericht was op wie en wat ik niet ben – maar even dacht te zijn – kwam mijn eigenliefde en daarmee de liefde voor anderen, in de knel. Op het moment dat ik alles in mij kon omarmen, werd ik weer liefde. De liefde die er altijd al was. En hoefde ik niets of niemand meer verantwoordelijk te laten zijn voor mijn geliefd voelen. Ik ben mijn liefde“.

De persoon die jouw vertrouwen nodig heeft, ben jijzelf. Niemand kan je zo consequent steunend zijn als jijzelf. Vriendelijk zijn voor jezelf verhoogt het zelfvertrouwen en vermindert je behoefte aan goedkeuring. Liefdevol zijn naar jezelf en zorgzaamheid voor jezelf verhoogt niet alleen het zelfvertrouwen, het verdiept ook je verbinding met anderen. Afgelopen week in een relatiesessie hoorde ik de vrouw tegen haar man zeggen; ‘ik wil niet verantwoordelijk zijn voor jouw zelfvertrouwen. Dat is een té zware last die op mijn schouders drukt. Draag daar zelf zorg voor‘.

Zelfvertrouwen betekent dat je voor je eigen behoeften en je eigen veiligheid kunt zorgen. Dat je daarin niet afhankelijk bent van anderen. Het betekent dat je erop vertrouwt dat je situaties met veerkracht benadert en tegelijkertijd vriendelijkheid oefent. Niet perfectie. Perfectie is de stem van angst en daarmee een vorm van controle. Dat komt je zelfvertrouwen niet ten goede.

Zelfvertrouwen betekent dat je weigert jezelf op te geven.

Andere elementen die gaan over zelfvertrouwen:

  • je bewust zijn van je gedachten en gevoelens en jezelf toestaan deze te uiten;
  • het volgen van jouw persoonlijke normen en waarden;
  • weten wanneer je eerst voor jezelf moet zorgen voordat je voor anderen zorgt;
  • ervaren dat je fouten kunt maken, dat dit geen mislukking is maar dat een mooi moment is om te leren;
  • nastreven wat je wilt zonder je door anderen te laten stoppen of te beperken.

Een 3-tal tips die je helpen zelfvertrouwen op te bouwen:

 1. Vermijd mensen die uw zelfvertrouwen ondermijnen. De mensen die je zelfvertrouwen ondermijnen, zijn mensen die gebruik van je maken en tegelijkertijd niet willen dat je succesvol bent. In de breedste zin van het woord. Het zijn de afgunstigen onder ons. Degenen die je dromen ondermijnen en van nee-zeggen de norm hebben gemaakt. Het heeft bij mij lang geduurd dat ik het kaf van het koren kon onderscheiden. Niet zo heel lang geleden hoorde ik een collega zeggen; ‘ik sprak een client van jou en ze sprak zó lovend over je’. Ze trok er een uitermate vies gezicht bij. En nee, dat beeldde ik me niet in. Het zag er ongeveer uit alsof ze op een citroen kauwde. Waarschijnlijk had ze het zelf niet in de gaten. Voor mij een signaal. Mijn vertrouwen krijgt op zo’n moment alertheid over zich. Alert vertrouwen noem ik dat. Door schande en schade opgedaan.

De enige controle die we hebben over de negatieve mensen in ons leven, is dat we ervoor kunnen kiezen ze binnen te laten of niet. Denk aan de personen om je heen. Ondersteunen ze jou? Wil je ze echt in je leven? Wat maakt dat je ze in je leven hebt? Dragen zij bij aan jouw goed – voor – jezelf – zorgen?

 2. Houd beloften aan jezelf. Het ontwikkelen van zelfvertrouwen houdt vooral ook in dat je je eigen beste vriend wordt en dat blijft. En dat omvat ook het nakomen van beloften aan jezelf. Jezelf bepaalde beloften doen, geeft houvast op de momenten dat je trouw wilt blijven aan jezelf. Zo heb ik mezelf ooit de belofte gedaan dat ik niet meer over mijn grenzen liet gaan. Dat heb ik geweten! Met knikkende knieën (dat dan weer wel) gaf ik recentelijk terug aan een zeer controlerend en manipulerend (overkomend) iemand; ‘ik laat me door jou niet vertellen wat ik wel en niet moet doen. Zeker niet als het om mijn eigen kind gaat’. ‘Ik ben een volwassene die goed in staat is om voor mezelf te denken. En als het om mijn kind gaat, geldt voor haar hetzelfde’. Ik kreeg daarna een zo mogelijk nog grotere tirade over mij heen. Het raakte me echter niet. Ik zat in mijn eigen begrenzende energie. Daarmee was ze alleen met haar tirade en richtten de pijlen zich op haarzelf.

Welke beloften aan jezelf kun jij maken om jouw zelfvertrouwen een boost te geven?

3. Spreek vriendelijk tegen jezelf. Wanneer jij streng bent voor jezelf, – jezelf bestraffend toespreekt – kun je je afvragen wiens stem ze daarin horen. Laatst vroeg ik het aan een client. Toen ze direct daarop antwoordde; ‘ ik herken hierin de stem van mijn vader. Het was nooit goed genoeg’ schrok ze van haar eigen antwoord. We kennen en ervaren allemaal weleens die stem. De interne criticus die ons van alles wijsmaakt. Wat we er echter mee doen, is een andere. Sommigen hebben zich ermee geïdentificeerd en worden erdoor geleefd. Wat funest is voor het zelfvertrouwen. Anderen horen de criticus en glimlachen erom. Hoe je ermee omgaat, geeft richting aan je zelfvertrouwen.

In mijn boek ‘RAAK in je relatie – meer verbinding in 52 weken’ schrijf ik:

‘Eigenwaarde geeft een fijne basis van waaruit jij jouw jou kunt besturen. Dit zorgt voor voldoende zelfvertrouwen waardoor je met vertrouwen het leven leeft. Tegenslagen zijn uitdagingen, pijn is een kans tot groei en een conflict is een manier om een frisse wind te laten waaien. Dit vertrouwen zorgt voor een gezonde ontwikkeling van autonomie. En van daaruit kun je jouw leven richting geven. Met jou aan het stuur’.

Circulariteit

Circulariteit

Teveel alleen
Tegenover mij zit een knappe vrouw, sprekende ogen met daarin een zorgelijke blik. Ze stottert wat, onzeker over hoe ze kan vertellen wat ze wil vertellen. ‘Ik voel me zo alleen’ stamelt ze zonder mij aan te kijken. ‘Ik weet niet hoe ik dat kan doorbreken. Ik heb behoefte aan verbinding maar het enige wat ik voel is dat ik op een eiland zit en geen enkel contact heb met mijn geliefde’. Terwijl ze deze zinnen uitspreekt, stokt haar adem. De heftigheid van haar emoties zijn hoorbaar. Ik wacht met iets te zeggen. Wil haar alle ruimte geven om op haar manier te zeggen wat ze zeggen wil. Het blijft stil. De tranen stromen over haar wangen en haar blik blijft naar beneden gericht. Na enige tijd kijkt ze me recht aan en zegt bijna op fluisterende stem; ‘Ik kan zo goed alleen zijn. Misschien ligt het wel aan mij. Ik weet niet hoe ik het moet doorbreken. Het enige wat ik wel weet is dat ik dat alleen voelen niet meer wil. Daarvan heb ik al teveel gehad’.
 
Deze vrouw – laten we haar Sue noemen – staat niet alleen. Wij voelen ons bij tijd en wijlen zoals haar; alleen. De behoefte aan verbinding, aan gezien worden en geliefd voelen huist diep in ons. Wat we ons onvoldoende realiseren is dat het alleen voelen veelal niet gaat over nu, maar over het verleden. Doordat we ons verleden projecteren op het hier en nu voelen we angst en verlies, voelen we woede en pijn. Alleen in het hier en nu hebben we helemaal niet zoveel te vrezen, zo begin ik me meer en meer te beseffen.

Als ik Sue  vraag naar voorbeelden van er alleen voorstaan, somt ze deze moeiteloos  op. Ditmaal zonder haperen. Alsof ze een mentale lijst hiervan in haar hoofd heeft zitten. En inderdaad; wat daarin weerklinkt is de ogenschijnlijke afwezigheid van steun,  gezamenlijkheid en zelfs liefde. Maar iets wat weerklinkt, hoeft niet zo te zijn. Het wordt tijd om te onderzoeken of de werkelijkheid en de illusie één en dezelfde zijn. Zou het kunnen zijn dat het alleen-voelen zo diep geworteld is dat het in het heden nog steeds zijn werk doet? Met andere woorden wat gebeurt er als we ons verleden nog steeds als een sjabloon over het heden neerleggen?
 
We krijgen wat we verwachten

Als we situaties nog steeds beoordelen op basis van wat we geloven over onszelf en de wereld en hoe ziet dat er dan concreet in handelen uit? Is het  mogelijk dat het alleen-voelen mede het resultaat is van een zelf-fullfilling prophecy? Zien we wat we geloven? En krijgen we wat we verwachten?

Hiermee wil ik niet zeggen dat Sue ‘schuld’ is aan het alleen-voelen. Integendeel. Iets ontstaat en als het maar lang genoeg voortduurt, gaan we geloven dat het ons overkomt. En dat is een misvatting. Wat ik haar met hart en ziel toewens, is dat ze invloed heeft in het doorbreken van dit gevoel. En dat kan alleen als ze 100% verantwoordelijk neemt voor haar aandeel in het instandhouden van het alleen-gevoel. Is zij in staat zodanig in verbinding te gaan met zichzelf dat ze in zichzelf de antwoorden vindt voor dit destructieve gevoel van alleenheid?

De weken die volgen zijn zwaar.  We doorlopen samen Sue’s  eerste kennismaking met haar alleen-voelen. Deze gaan terug naar haar leven als jong kind. Haar ouders hebben het druk met zichzelf en ze voelt zich weinig geborgen. Een reeks van jaren waarin Sue zich als kind onveilig voelt en leeft met het gevoel dat haar maar een taak rest; haar ouders gelukkig houden. Ze doet haar best op school, blinkt uit in zelfstandigheid en ontziet haar ouders door vooral meegaand en ‘makkelijk’ te zijn.
 

Sue is het toonbeeld van onzichtbaarheid in een leven waarin ouders zo opgaan in hun eigen innerlijke puinhopen, dat er weinig ruimte is voor zichtbaarheid en erkenning voor hun kind. Hun enige dochter. De vrouw herinnert zich een echte puberteit niet. Alles wat zich binnenin haar afspeelt, houdt ze voor zichzelf.  Haar verdriet, dillema’s, vragen, eenzaamheid en alleen-voelen; het blijft binnen de veilige muren van haar kamertje. Daarbuiten laat ze zien hoe sociaal en goedlachs zij is. Ze lijkt afgescheiden van zichzelf en de buitenwereld.

Als het waar is dat we elke relatie zien in het licht van onze ervaringen en de overtuigingen die we daaruit hebben ontwikkeld, zou het kunnen zijn dat de vrouw ook in haar relatie met haar man, veel heeft waargenomen vanuit het er alleen voorstaan? En niet alleen waargenomen maar er ook naar gehandeld? Het onderzoeken waard.

We kijken naar het leven in het licht van onze ervaringen.

Ontschuldiging

Wat is dan wel belangrijk? Soms kunnen we in gesprek gaan met onze ouders. Hen meenemen in het proces waarin we zitten. Onszelf laten zien, onze worsteling. In een heel enkel geval zie ik gebeuren dat de volwassene in het kindstuk alsnog erkenning krijgt. Ik heb het een aantal keren mogen meemaken dat ouders en het volwassen kind met elkaar in gesprek gingen. Een vaak moeizaam, pijnlijk maar tevens prachtig proces waarin de erkenning voor het kind en de ontschuldiging voor de ouders, de relatie intensiveerde en ouders en kind er krachtiger uitkwamen.

 
 

 

Als ik Sue mijn overpeinzingen voorleg – bij wijze van suggestie – biedt zij weerstand. Begrijpelijk. Het impliceert in haar ogen dat ik eigenlijk zeg dat ze kreeg waarin ze geloofde. Inderdaad, zij ontvangt het als ‘eigen schuld dikke bult’ maar niets is minder waar. Of liever gezegd; in geen enkele situatie is sprake van schuld. Ja, als je je auto tegen een boom rijdt omdat je niet oplet, kun je spreken van schuld. Menselijke relaties zijn echter dynamische processen, altijd in beweging. Daardoor weten we nooit wanneer, en waar en bij wie het begonnen is. En met het bedoel ik de patronen waarin we zitten. Aangestuurd door onbewuste overtuigingen. Zijn de ouders van deze vrouw dan de schuld? Nee ook niet. Ze dragen wel ook ieder 100% verantwoordelijkheid voor het alleen voelen van hun kind. Ze hadden namelijk andere keuzes kunnen maken. Hiervoor is echter bewustzijn nodig van hetgeen er gaande was.  Waarschijnlijk is hun persoonlijke en relationele puinhoop ook weer terug te voeren op eerdere ervaringen en waren ze – om wat voor reden dan ook – niet in staat te zien wat er op dat moment gebeurde. We weten het niet en het is niet belangrijk.

Erkenning

In de praktijk blijkt echter dat velen deze erkenning via derden krijgen; hun geliefde, soms de therapeut of een belangrijke ander. In het geval van deze vrouw is in gesprek gaan met haar ouders geen optie. Ze wil het niet, wil haar ouders niet ‘opzadelen’ met haar pijn. ‘Ik zou hen alleen maar verdriet doen’ aldus de vrouw. Zo sterk is de kracht van het verleden. Nog steeds wil ze haar ouders ontzien en dat is haar goed recht. Nu maakt zij een keuze en deze kan alleen maar gerespecteerd worden. Ze zal de erkenning voor haar alleen-voelen mogelijk kunnen krijgen bij haar partner, de man die ogenschijnlijk weinig steunend en liefdevol naar haar is. Die haar bevestigt in haar alleenheid. Wat is zijn verantwoordelijkheid in deze?

Op de vraag of haar man weet dat ze hulp heeft, antwoordt ze resoluut en verheft ze haar stem. Een krachtige stem. Ze maakt duidelijk dat dit hem niets aangaat en dat hij hierin geen enkele interesse zou tonen. Ze behoedt zichzelf liever voor de teleurstelling door het niet te vertellen. Op de vraag hoezeer ze daar zeker van is, zegt ze; ‘omdat hij in niets uit mijn leven enige interesse toont. Hij is zo met zichzelf en zijn eigen leven bezig, dat daarin geen ruimte is voor mijn sores’.  Ik geef haar terug ‘dus jouw partner doet jou wel heel erg aan jouw ouders denken?”.  Het blijft stil. Een lange tijd blijft het stil.

Erkenning krijgen is een bron van kracht

Een aantal keren heb ik een dergelijk proces mogen faciliteren. Een enkele keer haakte de client, als ik hun ‘probleem’ in een bredere context wilde onderzoeken, af. Kennelijk was het te vroeg. Zij waren er nog niet aan toe om eigenaar te worden van nieuwe perspectieven, om zich te ontdoen van oude veiligheden en vertrouwde overtuigingen. De lijdensdruk was (nog) niet hoog genoeg. Bij deze vrouw wel. Zij was eraan toe om de regie te nemen over haar eigen alleen-voelen.

De vrouw neemt de eerste wankele schreden in het doorbreken van iets, door haar partner op de hoogte te brengen van de stap die ze heeft genomen; hulp krijgen bij iets waar ze zelf niet uitkomt. En hem het waarom te vertellen.

 

Professioneel en ervaringsdeskundig

Professioneel en ervaringsdeskundig

Ik lees momenteel het boek van Jill Bolte Taylor ‘My stroke of insight’. Zij is een neurochirurg die op haar 39ste een beroerte krijgt. En dat verandert hoe ze naar het leven, naar mensen en vooral ook naar haar professie kijkt. Haar zeggen; ‘er zijn 2 soorten mensen. Mensen die energie komen brengen zodra ze in de kamer komen, en mensen die energie komen halen. Tijdens mijn herstel had ik vooral mensen nodig die energie komen brengen maar helaas was het ziekenhuis een omgeving waarin mensen vooral kwamen halen. Al die regels, al die procedures. Ik had het veel meer nodig dat iemand naast me zat, mijn hand vasthield en hoop uitstraalde’. Ze besluit; ‘we mogen ons bewust zijn dat we verantwoordelijk zijn voor de keuze ten aanzien van de energie die we meebrengen zodra we in contact zijn met anderen’.

Jill Bolte Taylor moest eerst zelf een beroerte krijgen om zich te realiseren dat in contact zijn met de ander, heilzaam werkt. Ze schrijft inspirerend. En gezegend zijn zij die haar heden ten dagen als neurochirurg aan het bed krijgen. Zij zal haar focus hebben op de verbinding met haar clienten.

ALS OUDER IN DE JEUGDZORG DOORLOOP JE EEN PALET VAN EMOTIES. DE NIEUWSGIERIGHEID EN OPRECHT GEINTERESSEERDE HULPVERLENING KAN DAARIN ‘BIJ BENADERING’ MEEVOELEN.

Al lezende brengt het boek mij bij mijn eigen ervaringen en hoe deze mij beïnvloeden als professional. Is het dankzij of ondanks dat ik een ouder werd in de Jeugdzorg. Geen idee. Wat ik wel weet, is dat het mijn zicht en focus volledig heeft veranderd. De kwetsbaarheid van ouders met een kind die hulp nodig heeft, kunnen we ons als professional voorstellen. Deze écht voelen, is van een andere orde; de mengeling van zoveel emoties. De twijfel, onzekerheid, verbijstering ook. Het is een palet waarin je een nieuwsgierige en oprecht meevoelende hulpverlener kunt meenemen. Maar slechts bij benadering.

Net zoals Jill Bolte beschrijft in haar boek, is tijd een belangrijke factor voordat je de ander kunt meenemen in het proces. Mijn ervaringen als ouder hadden tijd nodig om doorvoelt te worden en zachter te worden. Maar inmiddels heb ik vele hulpverleners ‘ bij benadering’ meegenomen in de kwetsbaarheid en emoties van ouders die zeggen; ‘wij kunnen het niet alleen. Help ons’. Ik neem ze mee in de behoefte van ouders om hun schaamte, verdriet en machteloosheid te mogen uiten. Zonder een beter weten ervoor terug te krijgen. Ik neem ze mee in het verdriet te constateren dat de beste stuurlui aan wal (veelal familie), wel oordelend zijn maar vaak geen idee hebben wat er werkelijk speelt. En hoe alleen dat voelt. Dat ouders de hulpverlening nodig hebben – niet in ze te vertellen wat wel en niet nodig is – maar simpelweg om steun te ervaren.

En dan al die formulieren, lijsten, de vele malen dat je als ouder ergens een handtekening onder zet. Het staat in schril contrast met de mate waarin hulpverleners écht oprecht aandacht en tijd nemen om te vragen hoe het met jou als ouder gaat. Achteraf kan ik me niet eens herinneren dat deze vraag ons ooit gesteld is.

Ik kan volledig meevoelen met Jill Boyle Taylor. Voor veel ouders die om hulp vragen is het zorgsysteem energieslurpend. Zelden brengt het energie. En dat ligt niet

in de eerste plaats aan de individuele hulpverlener. Want een groot deel van hen is betrokken en wil het goede doen. Maar de context waarbinnen dit mogelijk is, is aan banden gelegd door regels, procedures, kaders en wat meer zij. Er lijkt zo weinig ruimte voor oprechte, eerlijke aandacht. Aandacht kost geld. En ook voor de hulpverleners zelf is dit een frustrerend gegeven.

Ik wens de ouders binnen de jeugdzorg hulpverleners toe die naast hen staan, met hun meelopen, vragen of en hoe zij het volhouden én ja, een hulpverlener die hen valideert. Die de ouders laat weten dat zij doen wat ze kunnen. Ik wens de hulpverlening toe dat zij mensen opleiden en vasthouden die zich bewust zijn van de verantwoordelijkheid die ze hebben als het gaat om wat ze aan energie meebrengen. Want kennis en kunde is één maar de inbreng van goede energie is wat mij betreft, alles. En wat mijzelf betreft? Mijn energie bestaat uit het verwerken van de slechte ervaringen om het goede eruit te halen. En het is mijn verantwoordelijkheid als ouder én professional om de lessen die de ervaringen mij laten zien, door te geven en te delen. Met ouders en professionals. Zelfs al ben ik de druppel in die immense oceaan.